maandag 10 december 2007

Battambang

Zondag 2 december 2007

Om 5.30 uur gaat het wekkertje, tijd om op te staan! De minibus die ons komt ophalen verwachten we om 6.30 uur. Eerst ontbijten we bij het hotel. Om 6.30 uur nog geen busje. Een kwartier later nog geen bus. Om 7 uur nog steeds geen bus. Hmm... Maar dan om 7.15 uur komt er een busje aan. We stappen in.
Na een korte rit moeten de mensen die naar Bangkok, Thailand, gaan uitstappen en wachten op een ander busje. De mensen die naar Battambang gaan, moeten blijven zitten. Dan ziet Bas dat onze backpacks ineens op straat staan! Hij snelt de bus uit en vraagt aan de chauffeur wat de bedoeling is. De chauffeur zegt dat dat allemaal naar Bangkok gaat. Nou, zegt Bas, dat dacht ik niet! Hij gooit de backpacks weer terug de bus in en niet veel later zetten we koers naar het grote busstation.

We stappen in een grote bus. De bus is erg aftands. Onze ervaring leert dat de weg dan waarschijnlijk erg slecht zal zijn... Ons vermoeden klopt. De weg is erg slecht. Ze zijn de weg opnieuw aan het aanleggen. Elk houten bruggetje wordt vervangen door een betonnen brug. Opzich een goed iets, maar erg hobbelig en vooral stoffig! Binnen no time is het in de bus net zo stoffig als buiten de bus.
Onderweg stoppen we een paar keer om te plassen en te lunchen. Na 6 uur komen we dan toch aan in Battambang.

Battambang ligt eigenlijk precies onder Siem Reap. Alleen er zit een meer tussen. Gisteren hebben we een email gehad van Marcel en Agaat (van de transsiberie express). Zij zullen ook in Battambang zijn vandaag. We hebben afgesproken om 7 uur ergens op het centrale plein. We zien wel.

Op het busstation worden we zoals gewoonlijk weer belaagd door allerlei mannetjes die ons naar een hotel kunnen brengen. We gaan met twee van deze mannetjes mee.
Het eerste hotel heeft een Australische eigenaar. We bekijken de kamer. Het ziet er niet uit. Erg stoffig en gewoon geen 8 dollar per nacht waard. De eigenaar doet niets aan de prijs en zegt, dat als we niet opschieten de kamer weg is. Nou, dan verhuur je deze kamer maar aan een ander, zeggen wij!
We stappen weer achterop de brommertjes. Iets buiten het centrum, over de rivier, komen we aan bij Park Hotel. Een nieuw gebouw. Het ziet er prima uit. Voor 6 dollar hebben we een prima kamer met heet water. We frissen ons op en gaan in het centrum van Battambang lunchen.

Het valt niet mee om een restaurantje te vinden. Battambang is niet erg toeristisch. Althans veel minder dan dat we tot nu toe gezien hebben hier in Cambodja. Uiteindelijk lukt het ons toch om iets te eten te vinden. Na de lunch lopen we op ons gemakje weer terug richting ons hotel. Ergens bij een straatstalletje drinken we nog wat.

Om 19.00 uur staan we op het plein. Binnen twee minuten spotten we Marcel en Agaat. Het is weer een leuk en gezellig weerzien. We gaan ergens wat eten en kletsen elkaar bij over onze belevenissen. Het is toch wel weer erg toevallig om elkaar nu voor de derde keer te ontmoeten hier in Azie. Zij hebben een hele andere route dan wij.

We spreken af dat zij voor morgen 4 mannetjes met brommers regelen voor een tour door het platteland van Battambang. Wij regelen 4 boottickets voor de reis van overmorgen terug naar Siem Reap.

We lopen terug naar het hotel en gaan lekker slapen... welterusten...


Maandag 3 december 2007

Om negen uur hebben we afgesproken bij het hotel van Marcel en Agaat. We bespreken met de brommermannetjes waar we allemaal heen willen. Allemaal geen probleem. Maar nu gaan we eerst even ontbijten.

Om 10 uur zijn we weer terug bij de brommermannetjes. Bas zegt tegen zijn mannetje voor de grap dat hij wel rijdt en dat het mannetje achterop mag. Het mannetje vindt het geen probleem en geeft prompt de sleutel aan Bas. Bas laat zich dat geen tweede keer zeggen!

We gaan op pad. Eerst moeten de brommertjes nog wat benzine hebben. Daarna gaan we de stoffige wegen op. We rijden langs diep groene rijstvelden en tussen de huisjes van de dorpjes door. Na een halfuurtje draaien we de weg naar Thailand op. De afstand tot de Thaise grens is vanaf hier zo'n 86 kilometer. De weg is erg stoffig. Vrachtwagen en pick-ups rijden af en aan. De gidsen noemen deze stofwolken: Cambodian Snow (Cambodjaanse Sneeuw).

Een kwartiertje verder stoppen we om foto's te maken van de berg waarop de tempel 'Wat Phnom Sampeau' staat die we gaan bezoeken.

We rijden het terrein op en drinken bij een klein restaurantje eerst wat, voordat we de berg op gaan. Een van de brommerrijders gaat met ons mee naar boven als gids. Hij praat honderd uit als we aankomen bij de eerste tempel. We doen onze schoenen uit en gaan naar binnen. In de tijd van de Rode Khmer heeft deze tempel als gevangenis gediend.
Dan lopen we naar een grot. Aan de bovenkant zit een gat. Daar werden de gevangenen naar beneden gegooid. Meestal waren ze opslag dood, maar soms ook niet. Dan werd door de Khmer soldaten met een stok de genadeklap gegeven.
In de grot staat een klein monument ter nagedachtenis. Dit monument ligt vol met mensenbotten die ze in deze grot gevonden hebben.

Na dit lugubere moment lopen we nu echt de berg op naar de tempel. Onderweg naar boven komen we een apenkolonie tegen. Er staat ook een klein restaurantje. De gids vertelt dat de apen soms fruit stelen. Op dat moment staan wij bij een uitkijk. Plots komt er een aap de boom uit en steelt een gekookt ei. Wij lachen. De eigenaresse is minder blij en gaat met een vaatdoek achter de aap aan. Alle moeitje is tevergeefs. De aap smult van het eitje.

Op de berg staan ook nog twee kanonnen. Een uit Duitsland en een uit Rusland. Gebruikt tijdens het Khmer regime.

Nog een paar meter en we staan dan eindelijk boven op de berg. De tempel is mooi en het uitzicht prachtig.

Langs een andere weg gaan we de berg weer af en komen we weer terug bij het restaurantje. Hier genieten we de lunch en rusten we uit. Na de lunch gaan we weer verder met de brommers. Bas rijdt nog steeds zelf...

Na 20 minuten komen we aan bij de tweede stop van vandaag: 'Wat Banan'. Dit is een voorproefje van wat we straks gaan zien in Angkor Wat, als we weer terug zijn in Siem Reap.
Het ziet er mooi uit, maar het is een erg steile en hoge trap die we daarvoor moeten beklimmen. Eenmaal boven worden we beloond met een prachtig oude tempel. De natuur heeft hier al wat proberen terug te winnen. Hier en daar groeit er vanalles op en doorheen.

Na een kwartiertje dalen we de trappen weer af en drinken we wat met onze brommerrijders. De volgende stop is de bamboetrein: Norry. De tocht gaat dwars door kleine dorpjes. We hebben nu echt het gevoel in de middle of nowhere te zijn. Maar het is geweldig om hier met een brommertje doorheen te rijden.

Na een halfuurtje komen we aan bij het bamboetreintje. Het is een simpel treintje. Twee assen worden op het spoor gelegd. Daarop wordt een soort rek van bamboe gelegd. Aan de achterkant zit een klein motortje die een van de assen middels een v-riem aandrijft.

Ondertussen horen we van onze gidsen dat deze manier van het spoorgebruiken eigenlijk illegaal is. Niet verbazend, want het is het enige spoor in Cambodja en er rijdt nog steeds een echte trein overheen ook! Maar zoals dat gebruikelijk is hier in Cambodja worden de lokale politieagenten omgekocht en hebben de machinisten van de bamboetrein geen last van ze.

Op het treintje worden twee van de vier brommertjes geladen. De andere twee rijden naar de plek waar we straks weer aankomen. Wij nemen plaats aan de voorkant en gaan op een klein bamboematje zitten.

Het treintje zet koers richting Battambang. Het gaat traag, maar het is erg leuk! We zijn nog geen kilometer verder of we komen een tegenligger tegen op dit enkelspoortje. Wat nu? Nou, er wordt door beide machinisten onderhandeld wie het zwaarste is. De lichtste moet alles afbreken, zodat de zwaarste kan passeren. Een grappig ritueel om te zien. Zo komen we nog twee treintjes tegen en steeds hebben we geluk en hoeven we er niet van af.
Maar dan komen er wel vijf treintjes op ons af. Nu delven we toch echt het onderspit. We moeten er van af. De brommertjes worden in de bosjes bezet. Het bamboerek gaat er vanaf net als de twee assen. De vijf andere treintjes passeren en alles wordt weer keurig terug op het spoor gezet. We rijden weer verder. We zien ondertussen de zon ondergaan.
Na ruim een halfuur komen we aan. Hier staan onze andere brommermannetjes weer te wachten. We rekenen af met de machinist en springen weer achterop, behalve Bas dan, die rijdt weer zelf...

We worden keurig bij het hotel afgezet en we bedanken onze mannetjes voor een zeer leuke dag!

's Avonds gaan we met Marcel en Agaat een hapje eten. Het eten is lekker, alleen jammer van de vele kippenbotten die in de schotel van Agaat en Bas zitten. Maar goed, je kan niet alles hebben...

Morgen moeten we weer vroeg op, want de boot vertrekt om 7 uur naar Siem Reap...


Dinsdag 4 december 2007

Om 6.15 uur gaat de wekker. Snel douchen en hup met de tassen naar beneden. Daar staat onze tuk tuk al te wachten. Onderweg pikken we Marcel en Agaat op en niet veel later zijn we in het haventje.

Voordat we de boot op gaan, kopen we wat brood en water. Het is een houten boot met een afdakje. Alle stoelen zijn al bezet en we nemen plaats aan de achterkant. We zitten recht achter de motor. Als we eenmaal gaan varen is het een herrie van jewelste en een dieselstank die niet te harden is.

Marcel en Agaat blijven op het achterdek, als wij ons naar het dak van de boot begeven. Daar liggen alle backpacks. Bovenop zit ook al een Canadees stel. Het is lekker weer, zelfs heet, maar met de vaarwind is het erg goed toeven hier.

De boten gaan nog best snel en erg schuin in de bochten. Eigenlijk varen ze te hard. Ze maken zoveel golfslag dat de bootjes van de lokale vissers soms gewoon omslaan. Als we dit gedeelte van de rivier uit gaan, varen we de wetlands in. Daar kunnen ze niet zo hard.

In de wetlands zijn heel veel drijvende dorpjes. De mensen wonen hier letterlijk op het water. Ze leven van de visvangst. Het is erg mooi om te zien. Als we door een smal stukje water varen, slaat de motor af. Motor stuk? Volgens Marcel hebben ze een probleempje met de koeling en de aandrijving. Ondertussen gaan wij op het dak zowat kapot van de hitte. Na ongeveer 20 minuten hebben ze de boel weer aan de praat en varen we weer verder. Door de waterplanten en bomen is het soms erg smal en dan moeten we ook nog andere boten passeren.

Na 6 uur varen komen we bij het meer aan. Dit moeten we oversteken richtig Siem Reap. Al met al duurt dit nog een uur voordat we in het haventje van Siem Reap aankomen.

Als we de boot afgaan worden we uiteraard weer omsingeld door tuk tuk rijders die ons naar het 11 kilometer verderop liggende centrum van Siem Reap willen brengen. Ons mannetje doet het zelfs voor niks. Maar dan wil hij wel onze tuk tuk rijder zijn als we Angkor Wat gaan bezoeken. We zien wel...

We laten ons afzetten bij hetzelfde hotel. Helaas hebben ze daar geen kamers meer. Marcel en Agaat vinden een kamer iets verderop in de straat en wij vinden een kamer daar weer tegenover.

We spreken met onze mannetjes af dat we morgen gaan fietsen en dat we overmorgen met hun meegaan. Ze vertrouwen het niet. Ze denken dat we ze voor de gek houden. Toch lukt het Marcel om ze te overtuigen. Voor 10 dollar zullen ze ons overal heen brengen binnen Angkor Wat.

's Avonds gaan we bij een straatstalletje wat eten en niet veel later gaan we lekker slapen, we zijn moe!


Groetjes,

Bas & Christel

Geen opmerkingen: